‘Laten we zorgvuldig nadenken over de afwegingen die we moeten maken en de reeks uitdagingen waarvoor we staan, welke ernstig zijn en welke niet.’
CNA Redactie; VS; mei 2022
In zijn toespraak tot de afgestudeerden van Christendom College deze maand, concentreerde kardinaal Robert Sarah, emeritus prefect van de Congregatie voor de Goddelijke Eredienst, zich op de deugd van praktische wijsheid, of prudentia (red.: voorzichtigheid), “de kroon der deugden.”
Wij zijn geroepen “te handelen in strijd met de neigingen in onszelf en in anderen die de middenweg van deugdzaam handelen verhullen. Om besluitvaardig te handelen, na rijp beraad, zodat we mogen leven in de vrijheid die de vorming in deugdzaamheid ons verschaft. En om door onze keuzes aan de wereld de prachtige rangschikking te openbaren van de waarden die God in ieder van ons integreert – met andere woorden, om de roepingen te openbaren die Hij aan ieder van ons geeft,” zei de kardinaal op 14 mei op de campus in Front Royal, Virginia.
“Laten we zorgvuldig nadenken over de afwegingen die we moeten maken en over de reeks uitdagingen waarvoor we staan, welke ernstig zijn en welke niet.”
Tijdens de openingsplechtigheid kreeg kardinaal Sarah een eredoctoraat in de letteren.
Hieronder vindt u de volledige tekst van de openingstoespraak van kardinaal Sarah:
I. Inleiding
“Christendom.” De naam van een katholieke universiteit die Christus ongegeneerd in het middelpunt plaatst. Met een duidelijke missie om alles in Christus te herstellen – instaurare omnia in Christo (Efeziërs 1:10) – en het christendom opnieuw op te bouwen, opdat onze cultuur opnieuw geïnspireerd kan worden door Jezus Christus en wat Hij ons heeft nagelaten. Vandaag ben ik vereerd aan zo’n college een graad te mogen ontvangen. Ik ben er trots op lid te zijn van de Klas van 2022!
Mede-gegradueerden: jullie verlaten Christendom College vandaag als zelfverzekerde en moedige leerlingen van Jezus Christus, nadat jullie zijn toegerust met een degelijke katholieke vorming in een buitengewone tijd. Dank aan jullie ouders, weldoeners, de president, de faculteit en het personeel van het College, die jullie vorming mogelijk hebben gemaakt. Een vorming die openstaat voor het ware, het goede en het schone, waar dat ook gevonden wordt, zowel verlicht door de waarheden van de Goddelijke Openbaring als ontdekt in de Heilige Schrift, de Traditie en het leergezag van de Kerk. Voor degenen onder u die hier minstens vier jaar zijn geweest, is uw vorming op het Christendom getekend door een wereldwijde pandemie, door de meest verdeeldheid zaaiende nationale verkiezingen in de levende herinnering van dit land, en door de voortdurende dreiging van een grote oorlog in Europa, voor het eerst sinds de Tweede Wereldoorlog. Al die tijd zijn de liquidatie van God en moreel relativisme met de creatie van valse morele normen steeds wijder verbreid. De Boze is aan het werk om verwarring te zaaien, zelfs met betrekking tot onze meest fundamentele identiteit als mannen en vrouwen, geschapen naar het goddelijke beeld en gelijkenis vanaf het allereerste moment van conceptie in de moederschoot – een demonische, spirituele opstand tegen wat we van God hebben ontvangen, het geschenk van de genade.
Elke universiteit bestaat om haar studenten te vormen voor de uitdagingen waarmee zij zullen worden geconfronteerd. Voor een katholieke universiteit, zoals Christendom, betekent dat de moed hebben om zich te houden aan het geloof van de Kerk, zelfs als dat in strijd is met het stelsel van de moderne wereld. Als zij erkent wat in haar aard ligt te doen, tracht elke universiteit in haar studenten de goede gewoonten van deugdzaamheid te cultiveren, die hen sterken voor alle jaren die voor hen in het verschiet liggen. De missie van Christendom College is precies dit. Ik citeer: “Het belangrijkste doel van het academisch programma is om intellectuele deugden in de studenten te vormen. De mens is niet alleen geroepen om de waarheid te kennen, maar ook om haar lief te hebben, en haar tot het vormende principe van zijn leven te maken.”
Ik hoop dat de buitengewone gebeurtenissen van de afgelopen jaren een des te diepere indruk op jullie geesten en harten heeft nagelaten van de schoonheid van deugdzaamheid, de eeuwigdurende waarde van stevige en gewortelde neigingen om te kennen en lief te hebben wat waar en goed is. Jullie en ik – wij allen hier – zullen het nodig hebben. In de komende jaren zullen wij allen steunen op de gewoonten die wij hebben gevormd, op de vorming die wij hebben ontvangen. Het is het fundament van de deugd, geholpen door genade, dat ons in staat stelt om helder te zien en ruimhartig te reageren op de personen en situaties en kansen die God voor ons plaatst.
II. Praktische wijsheid
In de paar minuten die ik tot jullie kan spreken, zijn er twee aspecten van de deugd waarop ik zou willen reflecteren. Beide betreffen de deugd van de voorzichtigheid, of praktische wijsheid. Ik heb dit onderwerp bewust gekozen als focus van deze openingstoepraak, aangezien het motto van Christendom College – instaurare omnia in Christo – precies dit inhoudt: elk aspect van de schepping samenvatten in Christus, die “de weg en de waarheid en het leven” is (Johannes 14:6). Ik verwacht dat de meesten van jullie in jullie tijd op het Christendom wel enige tijd zullen hebben besteed aan het leren kennen van het werk van Aristoteles en de heilige Thomas van Aquino. Volgens de aristotelische en thomistische traditie is praktische wijsheid de kroon der deugden, die we bovennatuurlijk door genade verkrijgen, maar van nature pas nadat we alle andere morele deugden hebben gevormd. Deze andere deugden stellen ons in staat om bepaalde goede zaken, zoals rijkdom, gezondheid of eer, helder waar te nemen en er op de juiste manier op te reageren. Praktische wijsheid, daarentegen, stelt ons in staat deze goede dingen te integreren, te onderscheiden hoe ze in elk van onze levens samengaan en in overeenstemming zijn met elk van de roepingen die God ons heeft gegeven.
Praktische wijsheid is dus de sleutel tot onze morele ontwikkeling. In de orde van de natuur is het verwezenlijken van de natuurlijke deugd van praktische wijsheid het hoogtepunt van onze weg naar morele rijpheid. In de orde van de genade helpt de volmaaktheid ervan ons om Christus na te volgen, om Zijn gebod te vervullen: “Weest volmaakt zoals uw hemelse Vader volmaakt is” (Matteüs 5:48). Ik bid dat God ieder van u zegent met de wijsheid die u nodig zult hebben op de weg die vandaag begint.
III. Tijd nemen voor bezinning
Ik zei dat ik zou reflecteren op twee aspecten van praktische wijsheid. Het eerste is dit: praktische wijsheid stelt ons in staat beslissingen te nemen. In de komende weken, maanden en jaren zullen jullie beslissingen nemen die jullie leven veranderen en die de wereld kunnen veranderen. Niet zomaar beslissingen, maar moeilijke beslissingen, beslissingen die putten uit meerdere perspectieven en meerdere deugden, beslissingen die concurrerende goede zaken of belangenconflicten met zich meebrengen. Wanneer je voor zo’n beslissing staat, is het een deugd op zich – of een aspect van praktische wijsheid – om te begrijpen hoe snel of hoe langzaam je tot een conclusie moet komen.
Dit te weten is een grote hulp: je hoeft je niet te haasten. Evenmin zou je moeten treuzelen. Hoe we tot het juiste evenwicht komen, de juiste snelheid, is iets dat we door oefening leren. Wij worden beter in het nemen van besluiten, en in het faseren ervan in de tijd, door oefening en door aandachtig te luisteren naar het advies van onze ouderen. Voor degenen onder u die grote beslissingen zien opdoemen en zich daarover misschien angstig of gestresst voelen, biedt dit advies misschien weinig troost. Maar ik zal het hier niet bij laten.
We kunnen uit Aristoteles nog wat meer detail halen. Hij suggereert dat tijd nemen voor afweging voordat we een beslissing nemen op zichzelf een goed is, een goed dat we niet moeten over- of onderwaarderen. Hij raadt ons aan om in de meeste gevallen langzaam te overwegen. In de eerste plaats beveelt hij aan meer tijd te besteden aan zwaardere keuzes en minder tijd aan minder zware keuzes. Met andere woorden, we moeten ons niet laten afleiden door futielere kwesties en onvoldoende aandacht schenken aan wat belangrijker is en aan wat het belangrijkst is.
Ten tweede raadt hij ons aan om in een situatie alleen naar meer duidelijkheid te zoeken in de mate waarin het betrokken gebied dat toelaat. Zo kon niemand van jullie van tevoren garanderen dat de keuze voor Christendom de beste schoolkeuze voor jullie zou zijn. Het proces van het kiezen van een school laat een dergelijke garantie niet toe. De keuze van een school houdt altijd een risico in. Evenzo moeten wij op elk terrein de mate respecteren waarin wij zekerheid kunnen bereiken enerzijds, of waarin wij onzekerheid moeten toelaten anderzijds. Ook dit punt bespaart ons tijd en behoedt ons voor nodeloze zorgen. Het scherpt onze overwegingen en ons onderscheidingsvermogen.
Tenslotte erkent Aristoteles dat we niet altijd de tijd hebben die we zouden willen voor overweging en onderscheiding. Soms eisen situaties dat we beslissingen, zelfs ingrijpende beslissingen, snel nemen. Op zulke momenten komt de waarde van de gewoonten die we hebben gevormd en de vorming die we hebben ontvangen het duidelijkst naar voren. Op deze momenten, wanneer een beslissing van ons wordt verlangd, vallen we terug op wat we hebben geoefend. We vallen terug op de inzichten waarmee we vertrouwd zijn geraakt en op de vaardigheden die we in de loop van vele jaren hebben ontwikkeld. Op zo’n moment zijn wij het meest dankbaar voor onze vaste en vastberaden gezindheid om te kennen en lief te hebben wat waar en goed is.
Dit was het eerste kenmerk van praktische wijsheid dat ik wilde bespreken: het is een apart aspect van praktische wijsheid om te begrijpen hoe snel of hoe langzaam je in een bepaalde situatie tot een conclusie moet komen. Je hoeft je niet te haasten. Evenmin zou je moeten treuzelen. Dit is een vaardigheid die ieder van jullie zich eigen moet maken.
IV. Een voorbeeld van praktische wijsheid: de heilige Ignatius van Loyola
Het tweede kenmerk waarop ik wil reflecteren is niet een systematisch onderdeel van praktische wijsheid, maar een bijzonder voorbeeld van de verschijning ervan. Het is een zowel passend als opzienbarend voorbeeld in het licht van onze ervaring met de pandemie en komt uit de autobiografie van de heilige Ignatius van Loyola. Ik citeer:
“In die tijd begon de pest zich te verspreiden in Parijs … Ignatius [ging een huis binnen waar veel lijken lagen van mensen die gestorven waren aan de pest, en hij] troostte en verkwikte een zieke man die hij daar vond liggen. Toen hij met zijn hand de wonden had aangeraakt, vertrok Ignatius alleen. Zijn hand begon hem veel pijn te bezorgen, en het leek alsof hij de ziekte had opgelopen. De angst die over hem kwam was zo groot dat hij niet in staat was die te overwinnen en te verdrijven, totdat hij met grote inspanning zijn vingers in zijn mond stak en ze daar lange tijd hield, zeggend (in zichzelf): “Als je de plaag in je hand hebt, zul je hem ook in je mond hebben. ” Zodra dit was uitgevoerd, verliet de illusie hem en de pijn die hij in zijn hand had gevoeld, hield op.”
Nadat hij een zieke man had verzorgd, vreesde Ignatius dat hij ook besmet was. Als hij een beter begrip had gehad van de builenpest, zou hij geweten hebben dat besmetting niet zou worden aangegeven door pijn in zijn hand. Maar dat is irrelevant. Wat opvalt is zijn weloverwogen actie. Hij stopt wat hij denkt dat zijn besmette hand is, in zijn mond. Hij wil niet bang zijn voor infectie. Hij heeft de infectie liever, en weten dat hij die heeft, dan dat hij er bang voor is. Voor ons, na de enorme offers die zijn gebracht om de verspreiding van COVID tegen te gaan, lijkt de actie van Ignatius misschien volkomen roekeloos, zelfs aanstootgevend.
Maar zijn actie brengt iets diepgaands aan het licht, of beter gezegd een reeks diepgaande inzichten. Ten eerste zijn jullie allen bekend met de bewering dat deugd het midden zoekt, de middenweg tussen twee uitersten. Om het midden te bereiken, moet deugdzaam handelen vaak zijn doel voorbijschieten. Wanneer we van nature naar het ene uiterste neigen, zoals angst voor onze eigen gezondheid, moet de deugd naar het tegenovergestelde uiterste neigen, steeds weer, totdat ons duidelijk wordt wat werkelijk de middenweg is. Wat misschien een extreme actie van Sint Ignatius lijkt, heeft hem misschien in staat gesteld het midden te vinden. Hij vreesde dat hij al besmet was met de builenpest. Door zijn dramatische actie stelde hij zichzelf niet opnieuw bloot, maar disciplineerde hij eenvoudig zijn eigen angst. Hij berispte zichzelf en verbood de angst hem te verontrusten, hem te weerhouden van tedere zorg voor de zieken en hem af te leiden van het werk van God.
Ten tweede, is Ignatius’ actie beslissend. Zodra hij de infectie naar zijn mond heeft verspreid, volgens zijn eigen begrip van de plaag, is er geen weg meer terug. Van tevoren was hij zeer verontrust. Hij kon zijn angst niet bedwingen. Verschillende goede dingen, verschillende belangen trokken hem in verschillende richtingen. In die minuten of uren van angst moet hij, zoveel als zijn overweldigende angst hem toestond, een vorm van afweging hebben gemaakt – waarbij hij enerzijds de waarde van zijn gezondheid, zijn natuurlijke angst voor de dood, zijn angst om de kwelling van de pest te ondergaan, en anderzijds zijn roeping tot dienst, de vrijheid waartoe God ons allen roept, en het oordeel voor God dat ons na de dood te wachten staat, overwoog. Toen deze factoren eenmaal waren afgewogen en beschouwd, handelde hij plotseling. Verdere overpeinzing was niet meer nodig. Er was geen behoefte aan uitstel. En door zijn actie is de spanning opgelost. Hij heeft zijn keuze gemaakt.
Dit is het derde inzicht dat we kunnen opdoen uit het relaas van Ignatius. Niet alleen lijkt deugdzaam handelen soms extreem, en niet alleen is het beslissend, het openbaart een keuze. Praktische wijsheid culmineert in beslissing. Ze verplicht ons de ene weg te kiezen in plaats van een andere. En daarmee zet ze opnieuw de waarden in ons leven op een rij. Ze herschikt hoe ze op ons overkomen en hoe ze op anderen overkomen. De keuze van Ignatius om zijn leven te riskeren en zijn angst te overwinnen, raakt ons allen. Hij legt ons moed en zelfopoffering voor en misschien zelfs een zekere mate van overmoedigheid als een keuze die de moeite waard is en de voorkeur verdient boven een overweldigende angst voor ziekte. Gezondheid is een legitiem goed, waarvoor wij moeten zorgen. Dus, de keuze van Ignatius was niet alleen een daad van moed. Het was een beslissing van praktische wijsheid, geholpen door de bovennatuurlijke kijk op leven en dood die uit het christelijk geloof voortkomt. Op dat moment heeft hij zijn leven vorm gegeven en ons allen een opzienbarende manifestatie van menselijke keuze en menselijke deugd gegeven.
V. Conclusie
Het is tot zulke actie dat wij hier vandaag geroepen zijn. Niet noodzakelijk om onszelf bloot te stellen aan ziekte. Maar om te handelen in strijd met de neigingen in onszelf en in anderen die de middenweg van deugdzaam handelen verbergen. Om besluitvaardig te handelen, na rijp beraad, opdat we kunnen leven in de vrijheid die de vorming in deugdzaamheid ons biedt. En om door onze keuzes aan de wereld de prachtige rangschikking te openbaren van de waarden die God in ieder van ons integreert – met andere woorden, om de roepingen te openbaren die Hij aan ieder van ons geeft. Ik stel jullie allemaal voor het verhaal van Sint-Ignatius in je hart te dragen, in de wetenschap dat God ook jullie zal roepen tot verrassende, verbijsterende en beslissende keuzes die jullie leven en dat van allen om jullie heen vorm zullen geven.
We leven in een tijd van crises – een tijd die van ons het ene besluit na het andere eist om een antwoord te vinden op de immense uitdagingen waarvoor we staan en die vorm zullen geven aan ons leven en aan dat van de komende generaties. Ik denk aan de heilige Jozef, die terecht de “Schrik der Demonen” wordt genoemd, omdat hij zonder dralen beslissingen nam in gehoorzaamheid aan God’s Woord. In de baccalaureaatsmis van gisteren nodigde ik jullie uit Maria mee te nemen “in je eigen huis”, “in je eigen zaken” en in elk aspect van je leven. Vandaag nodig ik jullie ook uit om “naar Sint Jozef te gaan.” Ite ad Joseph. Laten we met de heilige Maagd Maria en de heilige Jozef aan onze zijde de uitdaging aangaan. Laten we God danken voor de vorming die we hebben ontvangen. Laten we zorgvuldig nadenken over de afwegingen die we moeten maken en over de vele uitdagingen die ons te wachten staan, welke ernstig zijn en welke niet.
Onze diepste overwegingen en onze duidelijkste visie op wat voor ons ligt, komen tot ons wanneer ons hart rust in stilte. Vooral stilte voor de Heer in de Eucharistie – hetzij in de stilte van de Aanbidding voor het Heilig Sacrament, hetzij in de sonore draad van stilte die door de Heilige Mis loopt. Voor Hem, in het licht van het geloof en in de genade van de sacramenten, ontvangen wij de grootste hulp om de crises waarmee wij geconfronteerd worden het hoofd te bieden en om juist en in overeenstemming met Zijn wil te kiezen. Door ons bewust te zijn van de verantwoordelijkheden waartoe wij geroepen zijn en door de tijd te nemen om te overwegen, vooral in stilte, en met praktische wijsheid te antwoorden op de uitdagingen die voor ons liggen, zullen wij onze roeping vervullen en aan de wereld de prachtige waardenconstellatie openbaren die God in ieder van ons vormt om “alle dingen in Christus te herstellen” en zo het christendom opnieuw op te bouwen.
Keywoorden: Bezinning | Christendom College Virginia | CNA Redactie | Deugdzaamheid | Efeziërs 1 | H.Ignatius van Loyola | H.Jozef | Haast je langzaam (Festina lente) | Katholieke vorming | Matteüs 5 | Morele ontwikkeling | NCRegister | Practische wijsheid | Prudentia | Voorzichtigheid |
Wilt u meer lezen of horen van ‘Kardinaal Robert Sarah’? klik dan hier, of klik één van de andere ’tags’ boven aan dit artikel.
220528 | [XLS000] | 240513 1222 |